Vizsla - draadhaar

Staande Honden » Continentale staande honden » Continentale staande honden » Vizsla - draadhaar (FCI: 239)

Grootte: 3

Haarlengte: 2

Beweging: 5

Kindvriendelijk: 4

De draadharige Vizsla is afkomstig uit Hongarije en ontstond uit kruisingen tussen een kortharige Vizsla en een Duitse Staande Draadhaar, een Poedelpointer, een Ierse Setter en een Franse brakkensoort. Zo verkreeg men een veelzijdige jachthond met een draadharige vacht die bescherming biedt bij koude temperaturen. De draadharige Vizsla is robuuster en zwaarder gebouwd dan de kortharige variant en is ook ietwat bedachtzamer van aard. Door zijn aanhankelijk, vriendelijk en gemoedelijk karakter wordt hij vaak als gezinshond gehouden. Met kinderen kan hij goed overweg, hoewel hij voor erg jonge kinderen misschien net iets te energiek is. De omgang met andere honden en huisdieren zorgt doorgaans voor weinig problemen. Vreemden worden aangekondigd, maar daar blijft het meestal wel bij. Draadharige Vizsla's kennen een grote will to please en zijn erg intelligent, waardoor ze zich makkelijk laten opvoeden. Geduld is hierbij erg belangrijk: deze hond heeft trage en duidelijke instructies nodig. Wanneer hij met begrip wordt opgevoed, zal hij zich erg werkwillig en aanhankelijk tonen. Vizsla's zijn buitenshuis onvermoeibaar: ze willen per dag minstens twee uur kunnen rennen en houden van zwemmen, apporteren, lopen naast de fiets en balspelletjes. Het is een goed idee om deze honden opdrachten te geven of met hen een jachttraining te doorlopen. Wanneer aan hun bewegingsbehoefte wordt voldaan, zijn Vizsla's in huis wel erg rustig.

Synoniemen: Hungarian Vizsla, Hungarian Pointer

Afkomst: Hongarije

Oorspronkelijke functie: Jachthond, Gezinshond

Huidige functie: Gezinshond, Jachthond

Uiterlijk: De draadharige Vizsla is een vrij grote, robuust gebouwde hond met een stompe voorsnuit en krachtige kaken. Hij heeft ovale, middelgrote ogen zonder zichtbaar oogwit en een goed ontwikkelde neus met brede neusgaten. De dunne V-vormige oren met afgeronde punten zijn vrij hoog en tamelijk naar achteren aangezet en liggen vlak tegen de wang aan. Ze zijn iets korter dan de oren van de kortharige Vizsla. De goed behaarde staart is middelhoog aangezet, wordt dunner naar het einde toe en wordt in rust recht of licht sabelvormig gedragen. In beweging wordt hij daarentegen horizontaal geheven. De gepigmenteerde huid is bedekt met een stevige, aanliggende en draadharige vacht, waarvan de onderste laag dicht, wollig en waterafstotend is. Op het onderste deel van de benen, de onderkant van de borst en op de buik is het haar korter, zachter en dunner. De beharing op het hoofd en op de oren is donkerder en korter. Typerend zijn de opvallende wenkbrauwen, de baard en de V-vormige borstels aan beide zijden van de hals.

Grootte: Reu: 58-64 cm/ Teef: 54-60 cm

Gewicht: 21-27 kg

Kleur: De vacht van een draadharige Vizsla heeft een tarwegele tot lichtbruine kleur. De oren zijn eventueel iets donkerder. Een kleine, witte vlek aan de borst of aan de keel en witte aftekeningen aan de tenen zijn toegelaten.

Gezondheid: Dit robuuste ras wordt gemiddeld 10 tot 14 jaar oud. Sommige honden zijn gevoelig voor heupdysplasie.

Photos

Zoek uw rashond